Bijkomen in Karimenga

28 februari 2014 - Bolgatanga, Ghana

De eerste 3 dagen in Accra waren echt een hel. Niet zozeer de cultuur die zo anders is dan ik ben gewend (of de verstikkende hitte van de stad!), maar vooral de vervuiling en de manier waarop daarmee wordt omgegaan trof me erg. Accra is echt een heel vuile stad, vol auto's, busjes/trotro's, scooters, motors, en werkelijk overal waar je om je heen kan zien vuilnis op straat. Alles wat je koopt wordt hier in plastic zakjes gedaan, zelfs soep of pap ('koko'). Stapels zwerfvuil rondom als gevolg. Al het afval wordt (eens in de zoveel tijd) bij elkaar geraapt, om vervolgens op een grote hoop te gooien welke dan wordt verbrand, grote toxische wolken achter latend.

Dan zijn er nog de geiten en schapen die overal rondlopen en klakkeloos hun behoefte doen in de stad. Mensen nemen hier gretig een voorbeeld aan. Als er geen 'latrine' dichtbij is wordt de behoefte gewoon op straat gedaan. Vrouwen met vissenkoppen in een grote bak, of rottende bananen. De grond ligt verspreid met etensresten en op de een of andere manier komt het gros van al die smerigheid terecht in de enige (zij het grotendeels opgedroogde) rivier van de stad.

Dan de commerce. Het was duidelijk dat mijn begeleidster erop uit was om mij geld te laten spenderen. En liefst niet te weinig. Routinematig sjokte ze mij door de stad. Een kraampje hier, een winkeltje daar, belangrijk was vooral om mij zoveel mogelijk aan haar vriendjes en vriendinnetjes voor te stellen in de hoop dat er iets zou worden gekocht. Ik kon zelfs alvast een bestelling plaatsen en dan zou ik later wel mijn spulletjes kunnen ophalen. Een heel onaangenaam gevoel geeft het wanneer je afhankelijk bent van iemand van wie je het gevoel krijgt dat ze je het geld uit de zakken wilt (laten) kloppen.

Heel anders in Karimenga. Na een redelijk ontspannen reis op voor het grootste deel geasfalteerde weg en comfortabele busstoelen, kwamen we midden in de nacht aan in Karimenga. De buschauffeur had zo dichtbij een greppel geparkeerd dat we goed moesten uitkijken om niet uit balans te raken, of de koffers te verliezen.

Ibrahim zijn jeep stond aan de overkant klaar om ons mee te nemen naar wat voor  mij de hemel zou blijken, vergeleken met de 'hel van Accra'. Een stukje kon ik mee de weg volgen, tot we op een gegeven ogenblik naar links afsloegen om daar dwars door een Afrikaans veld verder de nacht in te gaan. De maan stond hoog, een prachtige sterrenhemel openbaarde zich aan ons in dit aardse donker wat in de hoofdstad zo goed als ongekend is. Ondanks dat we weinig konden zien, vingen we schimmen op van ronde lemen hutten, met rieten daken. Terwijl het Afrikaans landschap zich langzaam in de nacht aan mij openbaarde, voelde ik me tot rust komen.

De compound van Ibrahim was prachtig. Door de poort links de vertrekken van hem en zijn vrouw, met daarnaast de gastruimte. Een klein lemen huisje diende als toilet. Ondanks dat dit een verijdelde vorm van een latrine is, was alles keurig netjes afgewerkt en diep genoeg gegraven om niet al teveel insecten aan te trekken. De keuken was recht tegenover de slaapvertrekken. Middenin de compound stond een half overdekte hut, waar we de volgende ochtend zouden ontbijten. Hier weer recht tegenover, netjes afgeschermd, was de wasplaats. Ook hier was netheid, ondanks de weinige middelen, fijn nagestreefd. Ah, zo kan het dus ook! dacht ik.

Na de bagage naar het slaapvertrek te hebben gebracht en mijn klamboe te hebben opgezet, genoot ik in volle teugen van een heerlijk verkoelende wasbeurt buiten onder de sterrenhemel. En zoals eerder gezegd sliep ik heerlijk.

De dag erna lekker buiten ontbeten. Witbrood, met zelfgemaakte honing en -pindakaas. Ibrahim liet ons foto's zien van zijn reis naar Nederland -een cadeau van een groep vrijwilligers. Hier had hij ontzettend veel gezien: een nieuwe methode geleerd om rieten daken te maken (iets kostelijker, maar vele malen duurzamer en efficiënter dan de Ghanese manier), bij verschillende boeren verbleven en nieuwe landbouwtechnieken aangeleerd, een bezoek gebracht aan Neeltje Jans (een poel dichtbij is hier zelfs naar vernoemd) en nog veel meer. Deze nieuwe technieken, werkwijzen en werkelijk alle kennis die hij hierbij opgedaan heeft, is direct benut geweest in zijn compound.

Maar Ibrahim is niet een persoon die graag alles voor zichzelf houdt. Hij vindt niets leuker dan een project op poten te zetten, om het vervolgens uit handen te geven en het te zien groeien. Zo is de Greenhouse een project waar hij zich nu mee bezig houdt, maar ook dit zal mettertijd worden gerund door de gemeenschap. Zelf heeft hij een Farmhouse, waarbij hij tevens lokale bevolking leert om zelfvoorzienend te zijn. En alle huisjes en dorpjes rondom lijken hier goed bij te baten. Een win-win situatie: toeristen en vrijwilligers kunnen hier in deze twee compounds proeven van de lokale Afrikaanse cultuur, voor de bevolking betekent dit dan weer een bron van inkomsten.

Wat een interessante man! Om zo gedreven te zijn, verandering teweeg willen brengen in je land, op zoek te gaan naar de noden van de gemeenschap en hier ook daadwerkelijk iets mee te (kunnen) doen, met slechts de middelen die je ter beschikking hebt, met hart voor mens dier natuur terwijl het gros van de mensen rondom je hier niet om lijken te geven. Ja, ik was hier echt van onder de indruk.

Na een tochtje naar Bolgatanga, aten we 'savonds met z'n allen in de Greenhouse. Hier leerde ik voor het eerst Mario kennen, een hyperactieve Californiër die hier van plan is 2 jaar te blijven en een bijen paradijs op te bouwen. Met zijn snelle, komische manier van praten en enorme gevoel voor humor was het gieren brullen van de lach.

Na het eten leerde Ibrahim ons een paar ritmes op de djambe spelen. Een unieke ervaring. Dat de 'talking drum' van belang is in Afrika leerden we meteen dezelfde avond. Kleine jongens liepen de dorpjes af met trommels om ons te laten weten dat de rivier zaterdag zou uitstromen, waarbij de 'Chiefs' (lokale stamhoofden met veel -politieke- invloed) hadden besloten dat dit het moment was (naar het schijnt 1x per jaar) om vis uit het water te halen. De geplande workshop 'manden vlechten van plastic' ging dus helaas niet door.

Verder had het dorp weken voorbereid op deze specifieke vrijdagavond: 5 kerken zouden samen komen om te vieren. En zo ging Ibrahims vrouw in vol ornaat naar de 'kerk' (een soort schoolgebouwtje dat voor verschillende doeleinden wordt gebruikt). Een aantal vrijwilligers waren al gaan kijken, maar het zou Afrika niet zijn als alles werkelijk stipt op tijd zou beginnen. 2,5 uur later ging ik met Mario een kijkje nemen. In een rechthoekig gebouw was men druk bezig met vieren. Het dansen zou zo beginnen. We namen plaats op een van de plastic stoelen binnen in de bloedhete ruimte en wachtten af. Omdat Mario redelijk wat frafra beheerst, kon hij het meeste voor mij vertalen.

Toen kwamen de trommels te voorschijn. Iedereen stond op en begon elkaar de hand te geven, dit herkende ik reeds van de kerk in Mechelen! Dan was hier ook sprake van een soort danshierarchie; de dames van de volkshoofden eerst, dan pas mochten wij volgen. Ik hield het niet lang vol in de hitte. Mario was reeds gevlogen. Ik besloot naar 'huis' te wandelen, gelukkig had ik mijn waka waka mee! Halverwege ontmoette ik Ibrahim in de jeep. Veilig naar huis voor een laatste nacht in dit Afrikaanse paradijs...

Foto’s

3 Reacties

  1. Yvonne:
    3 maart 2014
    Karimenga moet voor jou wel een verademing zijn geweest, na die grote teleurstelling van die vieze stad Accra!(en dan ook nog eens proberen je geld uit je zak te laten kloppen aan de vriendjes en zo,door die begeleidster.
    Wat het vuil in Accra betreft, moest ik denken aan Corfu, weet je nog wel. Een heerlijke vakantie, maar wat een vuil lag daar ook opgeslagn bij de bushaltes bijvoorbeeld. En hoe afschuwelijk die Grieken met hun beesten (honden en katten omgaan!)
    Bewondering heb ik voor die Ibrahim. Geweldig waar die man mee bezig is. Zo kan het ook! Oog voor de natuur, mens en dier, orde en netheid enzovoorts. Er is nog heel wat werk aan de winkel daar!
    Succes met alles Dyveke. XXXXX Mammie en Paps.
  2. Dyveke:
    4 maart 2014
    Ja dat weet ik nog! :) en heel veel werk idd.. maar alles stap voor stap. Ik besef heel goed dat ik geen wonderen kan verrichten, maar gewoon een schakel ben in deze ketting van vrijwilligers. En dat is genoeg ;) XXXX
  3. Katleen:
    12 maart 2014
    TIA ik zal het hier nog wel paar keer zegge.. er zijn zo veel kanten aan africa.. blijkbaar ook daar.ook al ken k ghana niet. t uiterste van vervuilde straten, uitlaatgassen, mensen die je geld proberen af te luizen en daar naast de schoonheid v sommige mensen en buurten waardoor je v africa begint te houde..